Málaga stad
Málaga is een ideale reisbestemming voor een korte vakantie of stedentrip. De stad bruist van de Spaanse levenslust en is authentiek en kosmopolitisch tegelijk.
De Málagueños laten geen gelegenheid voorbij gaan voor een feestje en zijn echte levensgenieters. De stad telt eindeloos veel tapasbars, restaurants en terrasjes waar je kunt uitrusten tijdens
je stadsverkenning en kunt proeven van lokale gerechten, een café solo of een glas Málaga dulce. De semana Santa in april en de Feria de Málaga in augustus behoren tot de absolute culturele hoogtepunten van de stad.
Het historische stadscentrum is mooi en overzichtelijk; Málaga is een ideale wandelstad die je gemakkelijk te voet kunt verkennen. De afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in de renovatie van historische gevels en gebouwen.
Even voorbij het indrukwekkende stadhuis zie je de vestingmuren van het ‘Castillo de Gibralfaro’ opdoemen. Je pittige maart korte klim naar boven wordt beloond met een prachtig uitzicht over de stad en de Middellandse Zee. Vandaar wandel je verder naar ‘Alcazaba’, een Moors paleis dat zeker de moeite van een bezichtiging waard is. Je bent nu ook vlakbij één van de mooiste kathedralen van Spanje, de ‘La Manquita’ ofwel de ‘Eenarmige’ richting centrum. Deze naam ontstond omdat de tweede toren door geldgebrek nooit is afgebouwd.
Na de lunch gaat de tocht verder richting de ‘Plaza de Merced’, een levendig plein waar ook het geboortehuis van de bekendste inwoner van de stad staat: Pablo Ruiz Picasso. Het Picassomuseum bevindt zich daar vlak in de buurt, aan de Calle San Agustin. Hier kun je zo’n tweehonderd werken van de kunstenaar aanschouwen en ook het museum zelf is de moeite waard. Ook het in 2011 Museo Carmen-Thyssen is de moeite waard, je krijgt er een goede indruk van Malaga en Andalusië door de eeuwen heen.
De zestiende en zeventiende eeuw worden vooral gekenmerkt door kommer en kwel. Naast slechte oogsten, honger en epidemieën waren er in 1580, 1621 en 1661 drie grote overstromingen van de Guadalmedina rivier. Daarnaast verwoestte een grote aardbeving in 1680 een groot deel van de gebouwen.
De negatieve gevolgen van al deze ellende werkten door tot ver in de achttiende eeuw. Toen ontstond een groot deel van de huidige stad en haar huidige kenmerken zoals de kathedraal, de haven en de ‘Paseo de la Alameda’.
Vanaf 1900 kwam de stad tot grote bloei. Naast het middeleeuwse stadscentrum ontstonden ten westen van de stad talloze fabrieken die Málaga lange tijd de bijnaam Fabrieksstad bezorgden, terwijl ten oosten van de stad villa’s en hotels werden gebouwd.
Na de val van het Franco regime werkte Málaga zich op tot een van de belangrijkste economische centra van Spanje. De opkomst van het toerisme en de aanleg van het vliegveld droegen bij aan de verdere bloei en groei van de stad, die veel meer is dan een slechts een doorvoerhaven voor toeristen.
De Málagueños laten geen gelegenheid voorbij gaan voor een feestje en zijn echte levensgenieters. De stad telt eindeloos veel tapasbars, restaurants en terrasjes waar je kunt uitrusten tijdens
je stadsverkenning en kunt proeven van lokale gerechten, een café solo of een glas Málaga dulce. De semana Santa in april en de Feria de Málaga in augustus behoren tot de absolute culturele hoogtepunten van de stad.
Het historische stadscentrum is mooi en overzichtelijk; Málaga is een ideale wandelstad die je gemakkelijk te voet kunt verkennen. De afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in de renovatie van historische gevels en gebouwen.
Mini-oase
Je citytrip in Málaga begint bij het plaatselijke bureau voor toerisme aan de Plaza de la Marina. Daar kun je terecht voor een stadsplattegrond en alle andere toeristische informatie over de stad. Daar vandaan slenter je naar het ‘Paseo del Parque’ richting de vernieuwde haven. De exotische bloemen, planten en palmen van deze botanische mini-oase brengen je vanzelf in zuidelijke vakantiestemming. Overigens is ook de Muello Uno, zoals het toeristische deel van de haven heet, op zomeravonden en in het weekend een levendige en gezellige trekpleister voor jong en oud.Even voorbij het indrukwekkende stadhuis zie je de vestingmuren van het ‘Castillo de Gibralfaro’ opdoemen. Je pittige maart korte klim naar boven wordt beloond met een prachtig uitzicht over de stad en de Middellandse Zee. Vandaar wandel je verder naar ‘Alcazaba’, een Moors paleis dat zeker de moeite van een bezichtiging waard is. Je bent nu ook vlakbij één van de mooiste kathedralen van Spanje, de ‘La Manquita’ ofwel de ‘Eenarmige’ richting centrum. Deze naam ontstond omdat de tweede toren door geldgebrek nooit is afgebouwd.
Shopaholics
Rond de kathedraal vind je terrasjes voor een eerste koffiepauze, waarna je de tocht vervolgt via de Calle Larios, de grootste en bekendste commerciële winkelstraat van de stad en een eldorado voor ‘shopaholics’. Je vindt er een keur aan internationale kledingzaken zoals Zara, Mango en Desigual, maar ook exclusieve boetieks en modehuizen. Begint je maag te knorren? In de zijstraatjes van de Calle Larios vind je volop tapasbars om je lekkere trek te stillen.Na de lunch gaat de tocht verder richting de ‘Plaza de Merced’, een levendig plein waar ook het geboortehuis van de bekendste inwoner van de stad staat: Pablo Ruiz Picasso. Het Picassomuseum bevindt zich daar vlak in de buurt, aan de Calle San Agustin. Hier kun je zo’n tweehonderd werken van de kunstenaar aanschouwen en ook het museum zelf is de moeite waard. Ook het in 2011 Museo Carmen-Thyssen is de moeite waard, je krijgt er een goede indruk van Malaga en Andalusië door de eeuwen heen.
Stadstrand
Nu je zo ongeveer de belangrijkste bezienswaardigheden van de stad hebt gehad (ook het Museo del vidrio y cristal en het Museo Automovil de Málaga zijn de moeite waard), wordt het tijd voor een verfrissende duik in de Middellandse Zee. Bijvoorbeeld bij het nabijgelegen stadstrand La Malagueta of de populaire stranden van Pedregalejo en El Palo ten oosten van Málaga. Daar kun je overigens ook heerlijke dagverse vis en schelpdieren eten in één van de vele restaurantjes aan de boulevard. De verse sardientjes worden voor je ogen op houtskool gegrild. En als je na deze lange dag nog energie over hebt, kun je ’s avonds een afzakkertje nemen in één van de vele bars, zoals die rondom de Plaza de la Merced.Geschiedenis van Málaga
De culturele hoofdstad van de Costa del Sol werd 800 jaar voor de Christus door de Phoeniciërs gesticht, zij noemden de stad ‘Malaka’. Na de Grieken, Romeinen en Arabieren (die de stad tot grote bloei brachten) werd Málaga in 1487 door de katholieke koningen heroverd. Hiermee braken roerige tijden voor de stad aan.De zestiende en zeventiende eeuw worden vooral gekenmerkt door kommer en kwel. Naast slechte oogsten, honger en epidemieën waren er in 1580, 1621 en 1661 drie grote overstromingen van de Guadalmedina rivier. Daarnaast verwoestte een grote aardbeving in 1680 een groot deel van de gebouwen.
De negatieve gevolgen van al deze ellende werkten door tot ver in de achttiende eeuw. Toen ontstond een groot deel van de huidige stad en haar huidige kenmerken zoals de kathedraal, de haven en de ‘Paseo de la Alameda’.
Vanaf 1900 kwam de stad tot grote bloei. Naast het middeleeuwse stadscentrum ontstonden ten westen van de stad talloze fabrieken die Málaga lange tijd de bijnaam Fabrieksstad bezorgden, terwijl ten oosten van de stad villa’s en hotels werden gebouwd.
Na de val van het Franco regime werkte Málaga zich op tot een van de belangrijkste economische centra van Spanje. De opkomst van het toerisme en de aanleg van het vliegveld droegen bij aan de verdere bloei en groei van de stad, die veel meer is dan een slechts een doorvoerhaven voor toeristen.